Laboratoriumlandschap: geen versplintering, maar efficiënt netwerk

17-3-2021

Op 12 maart stond er een artikel in de Volkskrant waarina zeer negatief werd geschreven over de organisatie van de medische microbiologie in Nederland.
Patrick Sturm, arts-microbioloog, schreef hierop de Volkskrant een brief die helaas niet geaccepteerd werd voor publicatie. Omdat de NVMM achter de inhoud van deze brief staat, publiceren we deze hieronder.

Geachte redactie,

‘Versplinterd laboratoriumlandschap’

In de Volkskrant van vrijdag 12 maart wordt in de reportage ‘Belangen in de testlaboratoria’ gesteld dat de coronapandemie heeft laten zien dat de organisatie van de diagnostiek voor infectieziekten in Nederland niet goed georganiseerd is.

De organisatie van de medisch microbiologische laboratoria is, net als de rest van de gezondheidszorg en de gehele samenleving, niet ingericht op functioneren ten tijde van een pandemie. Maar de medische microbiologie in Nederland is allesbehalve versplinterd. Door de korte lijnen, goede communicatie en samenwerking tussen de laboratoria onderling, de beroepsgroep voor artsen-microbioloog (NVMM) en het RIVM, werd het kort na het begin van de uitbraak mogelijk de diagnostiek voor het coronavirus in vrijwel alle ziekenhuislaboratoria uit te voeren. Hierdoor ontstond er snel een grote testcapaciteit en konden coronapatiënten in het ziekenhuis snel worden gediagnosticeerd en geïsoleerd, en de zorg voor zowel de coronapatiënten als voor medepatiënten veilig worden uitgevoerd. De testcapaciteit was uiteindelijk niet voldoende om ook asymptomatische mensen en mensen met lichte klachten in de gehele bevolking te testen voor het bron- en contactonderzoek van de GGD. 

De bestaande regionale organisatie is gericht op de preventie en behandeling van infectieziekten waarbij de arts-microbioloog nauw betrokken is zowel bij het laboratorium als bij de patiënt in het ziekenhuis en in de regio rondom het ziekenhuis. Mede door deze structuur heeft Nederland één van de laagste cijfers voor antibioticaresistentie; een andere, voor velen misschien niet zo zichtbare pandemie maar, wereldwijd onderkend, een bedreiging voor de zorg nu en in de toekomst.

Het zou onverantwoord en kortzichtig zijn om de huidige juist goed functionerende organisatie op te offeren om een eventuele volgende pandemie het hoofd te bieden. Als men voorbereid wil zijn op een pandemie waarbij ongeveer de gehele bevolking continue moet worden getest zal men inderdaad bereid moeten zijn kosten te maken voor laboratoriumcapaciteit die in ‘gewone’ tijden nauwelijks aangesproken zal worden.

Vriendelijke groet,

Patrick Sturm, arts-microbioloog



Terug naar overzicht