Vraag 1
Een 53-jarige Nederlandse vrouw van Turkse afkomst heeft sinds enkele weken last van heftige pijn in de leverstreek. Zoals ieder jaar heeft ze de zomer doorgebracht bij haar familie in Turkije en daar zijn de eerste klachten begonnen. Vanwege een sterke eosinofilie van 23% denkt de internist aan infectie met Fasciola hepatica.

Welk diagnostisch onderzoek is het meest aangewezen om deze diagnose te bevestigen?
a. microscopisch fecesonderzoek op autofluorescentie
b. microscopisch fecesonderzoek Baermann-sediment
c. microscopisch fecesonderzoek Ridley-sediment
d. microscopisch fecesonderzoek met behulp van een zuurvaste ZN-kleuring
e. moleculair onderzoek, te weten specifieke PCR op feces
f. serologisch onderzoek.


Vraag 2
Bij een patiënt met verhoogd risico op MRSA, wordt een inventarisatiekweek afgenomen. U krijgt deze uitslag (zie rechterkolom) te zien:

Wat is de meest waarschijnlijke oorzaak voor de oxacilline-resistentie?
a. Aanwezigheid van effluxpompen
b. Productie van PBP 2c
c. Hyperproductie van β-lactamases
d. Productie van PBP 2a.

Voor de antwoorden en de bespreking, zie Antwoorden op pagina 269.